Lensvervanging - RLE

Bij het ouder worden neemt het aanpasvermogen (soepelheid) van de eigen ooglens af met een vermindering van het verte- en dichtbijzicht tot gevolg. Een lensvervanging kan ervoor zorgen dat het verte- en dichtbijzicht terug hersteld wordt en dit voor de rest van het leven.
Een lensvervanging kan alle brekingsafwijkingen corrigeren: bijziendheid, verziendheid, astigmatisme en problemen met lezen.

Vooronderzoek voor lensvervanging:

De diagnose van cataract wordt gesteld na een grondig oogonderzoek.

De volgende onderzoeken worden uitgevoerd :

  • Meting van de resterende gezichtsscherpte
  • Biomicroscopisch onderzoek
  • Oogdrukmeting
  • Bepaling van de kromming van het oog
  • Meting van de lengte van het oog
  • Gezichtsveldonderzoek
  • Onderzoek van het hoornvlies 
  • Grondig onderzoek van het netvlies ter uitsluiting van andere aandoeningen

Met deze onderzoeken wordt bekeken of er geen andere oogproblemen aanwezig zijn en worden de nodige gegevens verzameld om het juiste type en sterkte van de kunstlens te bepalen. 

Verloop behandeling :

Een lensvervanging is een snelle en pijnloze ingreep welke gebeurt tijdens een korte opname in het daghospitaal.

De patiënt komt naar het dagziekenhuis 1 uur voor de geplande ingreep. 

Tijdens de voorbereiding worden oogdruppels toegediend om de pupil te verwijden en het oog te verdoven. 

Via een uiterst kleine insnede wordt de troebele inhoud van de lens verwijderd met een ultrasone sonde. Het lenszakje blijft evenwel ter plaatse en wordt gebruikt om de nieuwe lens te fixeren op dezelfde plaats als de oude lens. De kleine insnede sluit spontaan zonder hechtingen.

De ganse ingreep duurt meestal slechts een 15-tal minuten. Na de ingreep blijft de patiënt nog korte tijd in het dagcentrum waarna hij met een beschermkapje voor het oog terug naar huis mag.

Soorten implantlenzen :

Monofocale implantlenzen 

Met deze (standaard) lens bekomt de patiënt een scherp vertezicht en heeft hij hiervoor meestal geen vertebril meer nodig.  Voor activiteiten tot op een afstand van ongeveer 1 meter (lezen, knutselen, handwerk, koken, eten, prijzen lezen in de winkel, gsm, dashbord, gps in de wagen, …) blijft een extra leesbril evenwel noodzakelijk. 

Multifocale implantlenzen

Deze technologisch hoogstaande lenzen geeft u een goed zicht in de verte, een goed leeszicht op 30 à 40 centimeter en op tussenafstand. Afhankelijk van het gekozen type multifocale lens kan er de eerste maanden wel wat hinder zijn van uitstralingen rond lichtbronnen, vooral bij nachtzicht. Deze hinder vermindert bij de meeste mensen snel tijdens de eerste maanden na de ingreep. Bijna alle patiënten welke voor dit type lenzen kiezen zijn na de gewenningsperiode zeer tevreden met de brilvrijheid welke zij ervaren en zouden dezelfde keuze maken moesten zij opnieuw moeten kiezen.

Soms kan het nog nodig zijn om een extra leesbril te gebruiken om kleine letters te lezen, vooral bij zwakke verlichting.   

Na grondig oogonderzoek en in overleg met de oogarts wordt bekeken welk type lens het meest aan uw verwachtingen voldoet.

Torische implantlenzen

Deze lenzen, welke zowel in monofocale als multifocale uitvoering bestaan worden gebruikt om eventueel vooraf bestaand astigmatisme te corrigeren zodat een zo optimaal mogelijk zicht zonder bril kan bekomen worden na de ingreep.